mylife Stories

Schoenen aan en genieten van de gouden herfst!

Het is een van de meest geliefde vormen van recreatie en het is voor velen veruit de prettigste manier van bewegen: wandelen. En omdat je bij wandelingen het tempo, de rustpauzes en de wandelbestemming zelf in de hand hebt, is het juist ook voor mensen met diabetes heel geschikt.

Wandelen in de herfst
Tijdens een wandeling: altijd goed de bloedglucosewaarden in het oog houden.

Alleen, met zijn tweetjes, met familie, met vrienden of in een groep met een gids: wandelen is tegenwoordig trendy! Deze geliefde vrijetijdsbesteding en vakantiebezigheid heeft zijn stoffige imago al lang van zich af weten te schudden. En het mooie is: je hebt er maar weinig voor nodig. Goede schoenen, een prettige rugzak en een beetje wandelplezier zijn in eerste instantie al voldoende om op stap te kunnen, van de natuur te genieten en de gedachten de vrije loop te laten gaan. Bovendien liggen er allerlei prachtige wandelwegen direct voor de deur. Veel van die wandelwegen zijn juist in de herfst heel aantrekkelijk. Tussen eind september en begin december, als de frisse lucht de geur van vochtig blad en aarde met zich meedraagt en de kleurige blaadjes het landschap in een bont tafereel veranderen, is wandelen een nog heerlijkere bezigheid dan anders.

De wandeling aanpassen aan de eigen conditie

Voor mensen met diabetes is wandelen een uitstekende mogelijkheid om iets voor hun eigen gezondheid te doen. Door regelmatig door de natuur te struinen neemt niet alleen het geestelijk welzijn toe, maar verbeteren ook de zuurstoftoevoer naar het hart en de prestaties ervan, waardoor ook het risico van ziekten van het hart en de bloedvaten wordt verkleind. Lichaamsbeweging helpt ook om de bloedglucosewaarden te verbeteren. Wie niet op stap is met een groep professionele wandelaars die ambitieuze wandelbestemmingen en hoge toppen op hun programma hebben staan, kan de voettocht helemaal aanpassen aan zijn eigen conditie. Bij toekomstige tochten kan de belasting dan verder worden opgevoerd. Een dagtocht kan uitgroeien tot een weekend wandelen en een weekend misschien zelfs tot een hele wandelvakantie. Waar, wanneer en hoeveel bepaalt iedereen voor zichzelf.

Altijd de bloedglucose in het oog houden

Net als bij alle sporten moeten mensen met diabetes altijd hun bloedglucose in het oog houden. Want ook tijdens het wandelen kan de bloedglucosewaarde dalen, waardoor iemand hypoglykemie kan krijgen. Het is dan ook aan te raden om zowel voor de wandeling begint als tijdens de wandeling steeds de bloedglucose te meten. Wie de signalen van het lichaam goed kan herkennen en interpreteren, zal op een gegeven moment zelf wel merken als de bloedglucose afglijdt naar hypoglykemie. Signalen die wijzen op hypoglykemie zijn bijvoorbeeld zweten en een sterk versnelde hartslag. Maar al naar gelang hoeveel er daarvoor is bewogen, kunnen deze symptomen ook wijzen op een sterke lichamelijke belasting.

Het basisprincipe is: eerst meten, dan iets eten.
Bij mensen met diabetes type 1 kan het ook voorkomen dat de bloedglucosewaarden tijdens het wandelen stijgen. Als de cellen door de lichamelijke inspanning niet meer voldoende suiker opnemen, probeert het lichaam dit energiegebrek te compenseren door de afbraak van vetweefsel. Het bloed raakt verzuurt en het lichaam geeft stresshormonen af, waardoor de bloedglucosewaarde stijgt. Als er een bloedglucosewaarde van meer dan 13,8 mmol/l is bereikt, moet er een pauze worden gehouden en insuline worden gespoten, aangezien er anders een gevaarlijke ketoacidose kan ontstaan.

Voor de wandeling

Ook al is de rest van de familie al aan het wachten: neem altijd de tijd om ook voor het begin van de wandeling te meten! Het is aan te raden om met een iets hogere waarde te beginnen. Een goede basis is een waarde van 8,3 à 10 mmol/l. Wie gaat wandelen met een vrij lage waarde kan er ook voor kiezen om tijdens de wandeling na een half uur een snack eten. Bij de eerste signalen van hypoglykemie moet er snel worden gereageerd. Zowel snelle koolhydraten, zoals druivensuiker, als koolhydraten die langzaam in het bloed worden opgenomen, zoals volkorenbrood, mogen in geen enkele wandelrugzak onderbreken.

Conclusie

Wandelen is ...

  • overal mogelijk: langs de kust, in de bossen en door de bergen
  • gemakkelijk: een wandeltocht kan ook spontaan worden gedaan.
  • betaalbaar: behalve goed schoeisel en een prettige rugzak is er verder niets nodig om er mee te kunnen beginnen.
  • leeftijdsonafhankelijk: jong, oud, klein of groot – iedereen kan het proberen.
  • geschikt voor ieder conditieniveau: tempo en tijdsduur kunnen individueel worden bepaald.
  • juist ook voor mensen met diabetes een gezonde vorm van bewegen.

En: een dagje wandelen is net een korte vakantie. En juist nu in de herfst heel aantrekkelijk.

Tillbaka